Van pepperspray tot lasergun
militaire technologie en de menselijke maat
Uit: 't Kan Anders, september 2005
Onder deze naam bracht het Rathenau instituut - een "onafhankelijke organisatie die zich vanuit een publieke invalshoek bezighoudt met vraagstukken op het snijvlak van wetenschap, technologie en samenleving en die de politiek daarover tijdig en op doordachte wijze informeert" - een boekje uit om de publieke discussie over nieuwe wapensystemen en strategieën een impuls te geven. De schrijver is Kees Homan van het Instituut Clingendael.
De helft van het werkdocument gaat niet zozeer over wapens maar over bedreigingen, trends en strategieën. Centraal staat het "Network Centric Warfare" (NCW, netwerk gecentreerde oorlogsvoering). De netwerken van de bondgenoten van de VS moeten worden geïntegreerd: "plug and fight". Kan of wil je niet inpluggen, dan doe je niet mee. Het gaat om drie netwerken: sensoren (waarneming), wapens en informatie. De samenwerking - iedereen heeft op elk moment de juiste informatie - moet de kracht vormen van het geheel. Daarna gaat Homan relatief kort in op nieuwe wapens: Niet dodelijke wapens, biologische wapens, directed energy wapens (lasers en omgebouwde magnetrons) en wapens gebaseerd op nanotechnolgie (apparaten ter grootte van een virus/bacterie). Tenslotte bevat het werkdocument een samenvatting van het humanitair oorlogsrecht, de wapenbeheersing en een uitnodiging voor een publiek debat.
Het werkdocument is over het algemeen helder en makkelijk leesbaar, hoewel het vol staat met technische termen. Slechts hier en daar vormt een slechte vertaling uit de Engelse brondocumenten een probleem. De militaire benadering zal voor veel vredesactivisten echter wel even slikken zijn: de basis gedachte is dat militaire interventie noodzakelijk is. En als we geweld toepassen moet dat met een minimum aan menselijk leed en nevenschade (alleen de 'slechten' uitschakelen, burgers sparen). De beschrijvingen van de nieuwe wapens - afkomstig uit TNO bronnen - zijn ondanks een kritische kanttekening hier en daar tamelijk ronkend. Als je de wapenindustrie maar haar gang laat gaan, wordt een schone oorlog mogelijk.
Het lijkt alsof de schrijver de vele onderwerpen zo objectief mogelijk wil benaderen, informatie aandragen voor een discussie in plaats van stelling nemen. Vandaar de scheiding tussen trends&strategie, wapens en rechtðiek. Het had me logischer geleken de nieuwe ontwikkelingen en wapens te toetsen aan humaniteit en regelgeving. In het laatste gedeelte neemt Homan hier en daar wel stelling - bijvoorbeeld over verarmd uranium en over de houding van de VS tegen internationale verdragen. En hij concludeert dat je weinig tegen Network Centric Warfare kunt hebben, het is volgens hem alleen de vraag welke wapens er bij gebruikt gaan worden. Daarbij gaat hij volledig voorbij aan de trend dat staten zoveel mogelijk informatie verzamelen over hun burgers en deze informatie koppelen. NCW wordt niet alleen toegepast in Afghanistan, maar ook intern in de westerse landen. Onder de mom van de strijd tegen het terrorisme lijken burgerrechten en privacy iets geworden van een voorbije eeuw.
Het werkdocument vestigt terecht de aandacht op het feit dat Nederland en met name TNO een rol speelt bij de ontwikkeling en invoering van nieuwe wapens en strategieën en roept op tot een publiek debat. Een handschoen die we moeten oppakken, lijkt me. Daarbij kan het geen kwaad kennis genomen te hebben van dit werkdocument.
Jan Taat
Homan, Kees. Van pepperspray tot lasergun. Militaire technologie en de menselijke maat. Den Haag: Rathenau Instituut, 2005; Werkdocument 95 (110 pagina's, geen afbeeldingen).
Te bestellen voor euro 15,90 bij Rathenau Instituut, telefoon 070 - 342 15 42, Postbus 85525, 2508 CE Den Haag of te downloaden van www.rathenau.nl/showpage.asp?item=1114