Nederland's verklaring voor het Int. Gerechtshof inzake kernwapens
Op de dag van de uitspraak (inzake de legaliteit van kernwapens) kwamen ook alle verklaringen beschikbaar die landen hadden afgelegd voor het Internationaal Gerechtshof om hun standpunt in deze aan het Hof mee te delen.
Nederland heeft tweemaal een schriftelijke verklaring ingediend: éénmaal op grond van de adviesaanvraag van de Wereld gezondheidsorganisatie (WHO) en éénmaal op die van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties. Aan de mondelinge hoorzittingen heeft Nederland niet deelgenomen.
Van de schriftelijke verklaring betreffende de aanvraag van de WHO konden wij indertijd bij Buitenlandse Zaken een samanvatting loskrij- gen.Wij hebben de vredesbeweging hier toen over ingelicht. Nederland betoogde daarin dat de WHO niet gerechtigd was zo'n verzoek in te dienen. Op Buitenlandse Zaken kunnen ze nu achterover leunen: het Hof heeft inderdaad de WHO niet ontvankelijk verklaard!
Van de tweede Nederlandse verklaring geef ik u hieronder een vertaalde samenvatting."De Nederlandse regering heeft de eer het volgende 'statement' aan te bieden":
Het is algemeen bekend dat het NPV de rechtmatigheid erkent van het bezit van kernwapens door bepaalde staten, ofschoon andere staten, tevens partijen bij het verdrag, hebben afgzien van ontwikkeling of anderszins verkrijging van kernwapens.
- De Algemene Vergadering kán over elke juridische vraag een verzoek indienen (art. 96 VN-Handvest)
- Het Hof kán op elke juridische vraag van een daartoe gerechtigd lichaam antwoord geven (art. 65 Statuut IGH)
- De gestelde vraag over de geoorloofdheid van gebruik- of dreigen met gebruik van kernwapens is inderdaad een juridische kwestie
- Het Hof is echter niet verplìcht een adviesuitspraak te geven (art. 65 Statuut IGH)
- De Nederlandse regering meent dat er goede redenen zijn voor het Hof om in dit speciale geval af te zien van het geven van een adviesuitspraak.
- De Nederlandse regering hecht grote waarde aan het Non Proliferatie Verdrag (NPV, Nietspreidingsverdrag) over kernwapens.
Na lezing van bovenstaande zal het u duidelijk zijn dat de Nederlandse regering behoorlijk geschrokken moet zijn van de uitspraak van het Internationaal Gerechtshof!
- Als het Hof dreigen met- of gebruik van kernwapens illegaal zou verklaren zou het NPV ondermijnd worden. Van de andere kant: mocht het Hof dreigen- of gebruik als rechtmatig beoordelen, dan zou een aantal staten zich terug kunnen trekken uit het NPV.
- De Nederlandse regering gelooft dat de risico's van dreiging of gebruik effectiever kunnen worden benaderd door onderhandelingen.
- Elk oordeel van het Hof zou een reëel gevaar betekenen voor het voortgaand proces van niet-verspreiding en ontwapening.
- De vraag of dreigen cq gebruik in alle omstandigheden ongeoorloofd is, kan alleen maar negatief worden beantwoord.
- De regering onderschrijft dat als gebruik onrechtmatig is, dan ook dreigen ongeoorloofd is (art. 2.4 VN-Handvest)
- De regering verwerpt de mening dat gebruik persé onrechtmatig is omdat het altijd 'onnodig lijden' zou veroorzaken. Wat is onnodig lijden? Dat kan niet in abstracto beoordeeld worden. Dat moet beoordeeld worden op grond van een afweging tussen te behalen militair voordeel en daardoor veroorzaakt lijden.
- Het gebruik van kernwapens leidt niet persé tot genocide, zolang gebruik gericht blijft op de oorlogvoerenden en niet gericht is op de bevolking(=de nationale groep) als zodanig.
- Bovendien meent de regering dat gebruik van kernwapens op zich niet kan beschouwd worden als een schending van het recht op leven. Artikel 6 van de Internationale Conventie over Burgerlijke en Politieke Rechten en artikel 2 van de Europese Conventie over Mensenrechten scheppen geen absoluut recht op leven. Beide maken een uitzondering voor doden 'als gevolg van rechtmatige oorlogsdaden'.
- Het feit dat er diverse verdragen zijn die kernwapenvrije zones regelen, wijst er eveneens op dat gebruik niet in algmene zin verboden is.
- De regering gelooft verder dat, al zou het eerste gebruik (first use) onder geldend internationaal recht verboden zijn, wat volgens haar niet het geval is, dit nog niet zou inhouden dat ook nucleair terugslaan persé niet toelaatbaar is.
- Natuurlijk meent de regering niet dat gebruik altijd rechtmatig is. Het gebruik van wapens, en dus ook van kernwapens, is alleen rechtmatig in het geval van geoorloofde zelfverdediging. De bestaande variëteiten aan kernwapens maken het in beginsel mogelijk voor staten om met zulke wapens toelaatbare zelfverdeding uit te voeren.
- De Nederlandse regering is wél van mening dat de algemene beginselen van het humanitaire oorlogsrecht ook voor kernwapens gelden.
Uittreksel en vertaling,
Ton van Asseldonk-de Vries
25 sep. 1996