menu
spacer
 
| de vredessite / nieuwe oorlog 2009 |
 
 
 

Open brief van de burgerbeweging Openheid over Irak

 
Aan de leden van de Tweede Kamer
 
4 februari 2009
 
Geacht Kamerlid,
 
Vandaag bereikt de kwestie-Irak een nieuwe mijlpaal wanneer u oordeelt over het voorstel van premier Balkenende om een onafhankelijk onderzoek in te stellen. Wij vragen u het belang van ons, burgers van Nederland, nadrukkelijk in dat oordeel te betrekken. Zes jaar lang hebben wij moeten aanzien hoe de oorlog tegen Irak huishield in onze democratie. Hoe de Nederlandse betrokkenheid bij een omstreden oorlog tot partijpolitiek twistpunt werd gedevalueerd. Hoe in alle debatten vele wezenlijke vragen bleven liggen. Hoe tussen parlement en kabinet afspraken werden gemaakt waarmee de burger feitelijk uit zijn eigen democratie werd geschreven. Dat proces mag niet nog verder escaleren. Wij verzoeken u met klem daarop toe te zien met inachtneming van de volgende punten.
  1. Het instellen van een onderzoek is primair úw werk, niet dat van de premier. De macht om de regering te controleren hoort in een parlementaire democratie bij de burger thuis. Het is onacceptabel dat het parlement die macht opnieuw uit handen geeft, en zich in zijn afwegingen primair zou laten leiden door het voorstel van de premier, wiens handelen nota bene zelf onderwerp van onderzoek is. Mocht u in navolging van de premier van mening zijn dat onderzoek nu urgent is, dan rest u geen andere weg dan dat als Tweede Kamer onverwijld zelf in te stellen. Wij herinneren u in dat verband aan de door bijna 140.000 Nederlanders ondertekende petitie voor het instellen van een parlementaire enquête, die wij in juli 2007 aan de Eerste Kamer aanboden.
     
  2. Het voorstel van de premier houdt in dat wij dezer dagen - en negen maanden lang - geen antwoord krijgen van het kabinet op het grote aantal vragen dat de afgelopen weken door u is ingediend. Wij hebben echter het recht om, via u, vragen te stellen en die binnen afzienbare tijd beantwoord te krijgen. Dat recht is onvervreemdbaar, en kan geen uitstel verdragen. Wij roepen u op dit principe met hand en tand en Kamerbreed te verdedigen.
     
  3. Het niet-verplichtende karakter van het door de premier voorgestelde onderzoek - inclusief het ontbreken van de mogelijkheid om betrokkenen onder ede te kunnen horen - heeft eerdere Irak-onderzoeken in andere landen nadelig beïnvloed. Wij wijzen bijvoorbeeld op de conclusies van de Britse Lagerhuiscommissie die in juli 2003 haar Irak-onderzoek publiceerde, en vaststelde dat deze handicap het onderzoek had gefrustreerd. Tot diezelfde conclusie kwam overigens de Raad van Europa inzake het Marty-rapport, en de commissie-Fava van het Europees Parlement inzake haar eindrapport over de 'CIA-vluchten en rendition'. Tot de wegblijvers bij dat laatste onderzoek behoorde Jaap de Hoop Scheffer, die het verzoek om bij te dragen aan waarheidsvinding met het zinnetje 'no intention to meet' naast zich neerlegde. Zou dat straks anders zijn? Kunnen we erop vertrouwen dat De Hoop Scheffer volop meewerkt aan een onderzoek waarin zijn eigen handelen onderzocht wordt? Kunt u ons garanderen dat álle betrokkenen volop meewerken en dat álle noodzakelijke informatie wordt overlegd? Nee, dat kunt u niet. Dat vinden wij onacceptabel. En gezien de geschetste ervaringen verwachten wij dat u dat ook vindt.
     
  4. Overigens begrepen wij eergisteravond uit de uitzending van Pauw & Witteman dat zowel een parlementaire enquête als een onafhankelijk onderzoek belangrijke voordelen kent. Het is ronduit pijnlijk om als burger te moeten aanzien hoe parlementariërs elkaar daarover in de haren vliegen, in plaats van te concluderen dat die voordelen kunnen worden samengevoegd tot één instrument. Wij verzoeken u dat alsnog te doen, en dat geperfectioneerde instrument in te zetten ten behoeve van waarheidsvinding inzake de kwestie-Irak.
     
  5. Tot slot wijzen wij erop dat zich rond 'Irak' nieuwe onthullingen zullen blijven voordoen, zowel in binnen- als buitenland, met alle impact en nieuwe vragen van dien. Het uitblijven van antwoorden zal leiden tot meer maatschappelijke onrust en verder afnemend vertrouwen in overheid en politiek - een ontwikkeling die zijn weerslag zal hebben op het vertrouwen in het functioneren van het kabinet. Hoe slecht het al met dat vertrouwen is gesteld bleek uit de peilingen van de afgelopen anderhalve dag, die uitwijzen dat het plan van de premier wordt gezien als inadequaat, ongewenst, en door de helft van de bevolking zelfs als een manier om zijn verantwoording te ontlopen. Het is duidelijk dat Nederland aan zijn tax zit wat betreft 'Irak'. Het is aan u om die situatie niet te laten voortbestaan.
Met dank voor uw aandacht,
en vriendelijke groet,
namens Openheid over Irak,
 
Allard de Rooi
www.openheidoverirak.nu
 
 
terug/back | de vredessite / nieuwe oorlog 2009 |