Kernwapens
TEKST V/D TOESPRAAK, 3 JUNI 1998 van Peter Custers.
Protest picket voor de Pakistaanse en Indiase ambassadesBeste mensen, Als lid van het Zuid-Azië Forum, als coördinator van het Bangladesh People's Solidarity Centre (BPSC) en als ervaren vredesactivist, wil ik graag mijn solidariteit betuigen met al diegenen in Zuid-Aziatische landen die de recente atoom-proeven van zowel India als Pakistan resoluut afwijzen. Er is meer dan een reden om intens bezorgd te zijn over deze proeven. Hieronder wil ik een korte opsomming geven van de m.i. belangrijkste redenen:
- Voor India met name betekenen de kernproeven een complete omkering van het beleid dat het land vijftig jaar lang heeft gevolgd ten aanzien van kernwapens. In het verleden hebben Indiase regeringen de theorie van de 'nucleaire afschrikking' steeds van de hand gewezen, en steeds volgehouden dat het bezit van kernwapens de veiligheid van volkeren en staten niet verhoogt, maar juist vermindert, en dat zulke wapens ook afbreuk doen aan de veiligheid van de staat die de kernwapens bezit zelf. Zoals de Indiase vredesactivist Praful Bidwai schrijft: India stelde in het verleden terecht dat geen staat het recht heeft ermee te dreigen om miljoenen baby's te verbranden tot radio-actieve as. (1) Maar terwijl India in het verleden steevast weigerde de 'veiligheids'- argumenten van kernwapenstaten te aanvaarden, maakt het land daar nu gebruik van - zonder dat er concrete aanwijzingen zijn dat de veiligheid van de Indiase staat momenteel in het geding is.
- De kernproeven die door de twee Zuid-Aziatische landen gehouden zijn, gaan gepaard met uitingen van militarisme, van nationaal- en mannen-chauvinisme, die een enorm groot gevaar vormen voor de veiligheid van de volkeren van beide landen. Een voorbeeld van chauvinisme is het feit dat Pakistan het nodig vond om meer ondergrondse atoombommen tot ontploffing te brengen dan India, i.e. zes tegenover vijf. Maar ook in India is er sprake van de verbreiding van een zeer militaristische en nationaal-chauvinistische geest onder de huidige regering die onder leiding staat van de Bharatiya Janata Party (BJP). De BJP bouwt daarin voort op de al lang bestaande wens van fundamentalistische Hindu-groeperingen om van India een Hindu-staat te maken, en om de Indiase maatschappij te militariseren. En de geschiedenis laat zien - zie het bijvoorbeeld van Europa, in 1914 en in 1939 - dat een geest van militarisme en nationaal-chauvinisme gemakkelijk in een massa-slachting kan eindigen.
- Een derde reden tot intense ongerustheid over de Indiase en Pakistaanse atoomproeven ligt in de gespannen verhouding die er als sinds hun onafhankelijkheid bestaat tussen deze twee Zuid-Aziatische staten onderling. Zoals de meeste mensen die tijdens deze picket aanwezig zijn ongetwijfeld weten, hebben India en Pakistan tot tweemaal toe met elkaar oorlog gevoerd, te weten over de staatkundige status van Kashmir (in 1948 en 1965). Het politieke conflict over dit gebied is nooit bijgelegd, en ook vandaag-de-dag leven de twee staten op gespannen voet met elkaar over de status van Kashmir. Nu dat India en Pakistan zijn toegetreden tot de club van kernwapenstaten is het gevaar van grootschalige vernietiging van mensenlevens des te groter geworden: de geringste misberekening door een van beide staten (i.e. een verkeerde inschatting van de intenties van de tegenpartij met betrekking tot Kashmir) kan in een mum van tijd tot de nucleaire dood of radio-actieve besmetting van letterlijk miljoenen mensen leiden.
Maar er zijn nog meer redenen tot intense ongerustheid en tot woede over de Zuid-Aziatische atoomproeven, i.e. redenen met een bredere dan regionale draagwijdte. Ook over die redenen wil ik kort iets zeggen, met name gezien het feit dat de Nederlandse pers over deze aspekten tegenstrijdige informatie heeft verspreid. Ik doel hier op de visie die er in de Verenigde Staten bestaat over de conflicten in Azië:
- Alvorens het te hebben over de huidige intenties van de Verenigde Staten wil ik ten eerste de stemming in herinnering roepen die er in West-Europese landen bestond aan het begin van de tachtiger jaren. Destijds demonstreerden er in Europese landen, waaronder ook Nederland, honderdduizenden mensen tegen de dreiging van een kernoorlog. Er heerste destijds onder Europese volkeren terecht de angst dat zij het slachtoffer zouden worden van een atoomoorlog tussen de supermachten, van een atoomoorlog die de Amerikaanse president Ronald Reagan 'maakbaar' achtte. In de tweede helft van de tachtiger jaren raakte het einde van de Koude Oorlog in zicht, en leek de dreiging van een atoomoorlog af te nemen. Veel mensen in Europa slaakten een zucht van verlichting. Nu, zo'n decennium later lijkt het gevaar van een kernoorlog allesbehalve ten einde. Het gevaar lijkt zich alleen maar te hebben verplaatst, te weten van het Europese naar het Aziatische continent.
- Om de dreiging van een (kern)oorlog op wereldschaal, te kunnen duiden, wil ik verwijzen naar de verschuiving in strategisch denken die er momenteel in de Verenigde Staten plaatsvindt. In de verklaring die ter voorbereiding voor deze actie is uitgegeven is terecht verwezen naar de 'nucleaire hypocrisie' van de Verenigde Staten en andere grote mogendheden die zelf de proliferatie van kernwapens in de hand werken, en die weigeren hun atoomwapen-arsenalen te vernietigen. Zo hebben de Verenigde Staten pas geleden (middels een presidentieel decreet van november vorig jaar) besloten hun kernmacht slagvaardiger en effici‰nter te maken. En om hun nucleaire hegemonie in stand te houden wordt een bedrag van liefst 40 miljard dollar uitgetrokken! (2) In Algemeen Dagblad van vandaag stelt generaal-majoor van Vuren het onomwonden: "er is een onmetelijk verschil tussen India en Pakistan met hun juist beproefde kernwapens en de VS met zijn geavanceerde kernmacht." (3)
- Tegelijkertijd wordt er in de Verenigde Staten - net als in India - gewerkt aan aanpassing van de geldende 'militaire doctrine'. Tot voor kort gingen Amerikaanse militaire strategen er vanuit, dat het Amerikaanse leger na het einde van de Koude Oorlog nog slechts 'paria-staten' hoeft te bevechten, staten zoals Irak waartegen men in 1991 ten strijde trok. Sinds kort wordt er door 'think tanks' in de VS echter heftig gedebatteerd over de noodzaak de offici‰le militaire strategie bij te stellen. Men wil opnieuw een mogendheid van formaat als vijand aanwijzen, en denkt met name aan China. Volgens generaal Patrick Hughes, de directeur van de Amerikaanse militaire inlichtingendienst, is China het enige land dat voldoende politiek, economisch en militair potentieel bezit om in de nabije toekomst tot een geloofwaardige vijand van de VS uit te groeien. (4) De pogingen van India om zijn atoomproeven te rechtvaardigen met verwijzing naar de dreiging die uitgaat van China moeten m.i. dan ook direct in verband worden gebracht met de verandering in strategische denken in de VS.
Bovengenoemde factoren maken hopelijk duidelijk dat ik geloof in de noodzaak om de geluiden van protest tegen de atoomproeven die er vanuit India en Pakistan doorklinken, krachtig te steunen. Die protesten hebben een betekenis die het subcontinent verre overstijgt. Laten we hopen dat de verontrusting over deze atoomproeven leidt tot een herleving van de internationale vredesstrijd, zodat de dreiging van een kernoorlog in Azië kan worden afgewend.
Peter Custers Bangladesh People's Solidarity Centre
Postbus 40066, 1009 BB Amsterdam
tel/fax: 020-6937681, Email: bpsc@xs4all.nlVoetnoten:
(1) Praful Bidwai, 'Tests Are Strategically Irrational, Politically Dangerous' (India Abroad, May 17-23, 1998);
(2) Karel Koster en Dirk-Jan Dullemond, 'Veroordeling Indiase Kernproef is Eenzijdig' (Dagblad Trouw, 14 mei, 1998);
(3) Generaal-Majoor b.d. A.J.van Vuren, 'Meer Kernmachten op Komst' (Algemeen Dagblad, 3 juni, 1998);
(4) Michael Klare, 'La Nouvelle Strategie Militaire des Etats-Unis' (Le Monde Diplomatique, november 1997, p.4-5);
menu | dDH