NCRV Dokument "Monument van onverwerkt verdriet"
Verzoening en verdriet 10 jaar na Srebrenica
Uitzending Maandag 11 juli, circa 23:00 uur, Nederland 1
Persbericht NCRV
Hilversum, 14 juni 2005 - Exact tien jaar na de val van de enclave Srebrenica, toont NCRV Dokument "Monument van onverwerkt verdriet" de ontmoeting van vier mensen die elkaar tot nog toe niet konden òf wilden ontmoeten: een Nederlandse Dutchbatter, een Servische militair, een moslim-commandant en een van de Srebrenica-weduwen. Vier personen vol vragen, verwijten en verdriet.
Op 11 juli 1995 wordt de enclave Srebrenica veroverd door het Bosnisch-Servische leger. In de dagen na de val worden 7500 enclavebewoners, hoofdzakelijk mannen, om het leven gebracht in moordpartijen en massa-executies. Deze genocide speelt zich deels af onder het oog van Dutchbat III, het Nederlandse bataljon onder VN-bevel dat onder meer als taak had de bevolking van de enclave te beschermen. Naast de toenmalige Dutchbat-compound bevindt zich tegenwoordig het Srebrenica-Potocari Memorial Centre. Hier liggen de geïdentificeerde slachtoffers van de genocide.
De Nederlandse sergeant-majoor Hans Thijsen was verantwoordelijk voor het technisch onderhoud van VN-installaties in Srebenica. Tijdens de val stond hij letterlijk in de vuurlinie. Met gevaar voor eigen leven probeerde hij zoveel mogelijk moslimvluchtelingen een veilig heenkomen te bieden. Hij deed alles wat in zijn macht lag, maar de overlevenden blijven hem toch verwijten dat hij niet genoeg deed.
De moslim Kiko Mustafic was één van de commandanten die tot het allerlaatste moment Srebrenica heeft verdedigd. Hij overleefde de val na een dagenlange voettocht door vijandelijk gebied, maar was de enige man uit zijn familie van 32 leden die het bloedbad overleefde. Maar dat de moslimverdedigers van Srebrenica zich ook aan gruweldaden schuldig maakten blijft voor hem onbespreekbaar.
De Servische commandant Dragan Zekic werkte mee aan het uitkammen van de heuvels na de val van de enclave, maar ontkent te hebben meegewerkt aan de genocide die na de val volgde. Dragan heeft een speciale band met de enclave. Hier woonde hij, totdat zijn dorp in 1992 werd platgebrand door moslims. De oud-commandant respecteert ieders verdriet, als ze zijn verdriet ook respecteren.
De weduwe Kada Hotic woonde in Srebrenica. Haar man en haar zoon werden vermoord tijdens de Servische massa-executies. Haar man is herbegraven in Potocari, maar haar zoon is nog steeds niet geïdentificeerd. Voor Kada staat één ding voorop: de waarheid moet boven tafel komen. Waarom ontkennen de Serviërs nog steeds de slachtpartijen? Waarom hielden de Dutchbatters zo lang hun mond dicht?
De oud-militairen Hans, Dragan en Kiko bezoeken, nu tien jaar later, opnieuw Srebrenica en maken een reconstructie van die fatale dagen in 1995. Maar alledrie zitten ze vol onbeantwoorde vragen. Waarom gooiden de moslims de granaat die één Dutchbatter fataal werd? Waarom werd Kiko's broer, die voor Dutchbat werkte, aan de Serviërs overgedragen? Waarom werkte Dragan direct of indirect mee aan de slachtpartijen? Voor hen is er maar één conclusie: ze waren slechts pionnen in een vuil spel, dat uiteindelijk alleen maar verliezers kent. Maar als de oud-soldaten geconfronteerd worden met de weduwe Hotic moeten ook zij hun aandeel in de schuld op zich nemen.
Regie: Kay Mastenbroek en Jaap Verdenius
Camera: Alexander Goekjian
Noot voor de redactie (niet ter publicatie): Voor meer inlichtingen /beeldmateriaal/zichtkopie kunt u contact opnemen met: afdeling persvoorlichting NCRV, Matthijs de Bruijn, T: 035 - 6719049, 06-22198133