5-7-2010 Nadat kort geleden al vredesactivisten waren vrijgesproken die in Noord-Ierland vernielingen hadden aangericht in een wapenfabriek, zijn thans 7 anderen vrijgesproken die in een wapenfabriek nabij Londen hetzelfde hadden gedaan.
De 7 hadden in januari 2010, tijdens de Gaza-oorlog, voor 200.000 pond schade aangericht in een fabriek van EDO/ITT die o.a. onderdelen maakt voor Israëlische militaire vliegtuigen.
Na een proces van drie weken accepteerde de jury dat het hier ging om een noodzakelijke en redelijke poging om afbreuk te doen aan het Israëlische optreden in Gaza. Dit laatste werd door de jury gezien als een grove schending van het internationale recht en daarmee als een groter kwaad dan het vernielen van goederen. Een verdere overweging was dat via de gewone democratische procedures er geen mogelijkheden waren om het het bloedvergieten in Gaza te verhinderen.
De uitspraak is in lijn met eerdere rechterlijke uitspraken in Groot-Brittannië. In dat land heeft de rechterlijke macht de moed om internationaal (mensen-)recht echt boven de eigen strafwet te stellen. In veel andere landen, waaronder ook Nederland, ontbreekt het daaraan.+
Bron: WRI, 3-7-2010