17-4-2017 De coalitie van landen die strijdt tegen IS trekt steeds harder van leer. Maand na maand is er een toename van het aantal bommen waarmee Syrië en Irak bestookt worden. Dit leidt ook tot een toename van het aantal burgerdoden. Dat blijkt uit onderzoek van de ngo Airwars.
Sinds het begin van de acties van de coalitie (bestaande uit onder meer de VS, Groot-Brittannië, Frankrijk, België, Denemarken, Australië) tegen IS, werden er reeds 11554 luchtaanvallen op Iraaks grondgebied uitgevoerd en 7831 in Syrië. Hoewel de frequentie van het aantal aanvallen lijkt af te nemen, worden de aanvallen zelf wel steeds intenser. Dat valt af te leiden over de hoeveelheid munitie - bommen dus - die gebruikt wordt bij de aanvallen.
Afgaande op gegevens van het US Air Force Command werden 3878 bommen gebruikt bij aanvallen op "IS-installaties" in maart van 2017. Dit is een toename van 13 procent ten opzichte van de maand februari. Ook de maanden ervoor was er telkens sprake van een stijging. De door de coalitie aangestuurde oorlog in Irak en Syrië wordt dus steeds heviger.
Maar liefst 97 procent van alle luchtaanvallen in Syrië werden de voorbije maand door de VS uitgevoerd. Het aandeel van andere landen in de coalitie daalt. Het lijkt erop dat Trump zijn verkiezingsbelofte - I would bomb the shit out of Isis - wil waarmaken. Parallel met de campagne van de coalitie voert de VS ook nog steeds een unilaterale campagne tegen "al-qaida doelwitten".
De toename van de oorlogsinspanningen doet het aantal burgerdoden in Syrië en Irak spectaculair stijgen. Airwars schat dat in maart tussen de 1782 en 3471 burgers om het leven kwamen. Vooral in het Iraakse Mosul en Syrische Raqqa ligt het aantal burgerdoden hoog.
Lees hier het volledige rapport
Auteur: Thomas Decreus in De Wereld Morgen