Vredesduif met olijftak in snavel.

Regeerakkoord

24-12-2021 Nederland krijgt een nieuwe regering. Het internationale wapenkapitaal kan in zijn handen wrijven. De Defensiebegroting gaat drastisch omhoog, om zo tegemoet te komen aan de NAVO-norm (2% van het bbp). Het regeerakkoord zet ook in op verdere militarisering van de EU.

 

Negen maanden na de parlementsverkiezingen in Nederland is eerste minister Mark Rutte erin geslaagd een nieuwe regering te vormen. In de elf jaar dat Mark Rutte regeringen leidt heeft in Nederland de rechtse, bekrompen stroming in het land een dominante machtspositie verworven. Het programma dat nu is opgesteld zal deze stroming verder versterken. Het internationale wapenkapitaal kan in zijn handen wrijven. De Defensiebegroting gaat drastisch omhoog, om zo tegemoet te komen aan de NAVO-norm (2% van het bbp).

 

Het is dezelfde coalitie als de vorige Rutte-combinatie. Zijn eigen conservatief-liberale VVD, het sociaal-liberale D66, de sociaal-conservatieve ChristenUnie en het aloude Christen Democratisch Appel vormen Rutte IV. De ministers van Defensie en Buitenlandse Zaken die dit programma moeten gaan uitvoeren zijn nog niet bekend. In de komende weken zal Rutte zijn ploeg samenstellen.

 

Steile verhoging defensiebegroting

 

De door de NAVO aangevoerde campagne om een verhoging van de defensiebegroting door te drukken is in grote mate is geslaagd. Nederland zal in 2025 nog niet de geëiste 2% van het bbp halen, maar 1,85%. Dat is het gemiddelde van de Europese NAVO-landen.

 

Als gevolg van het klassieke NAVO-credo, 'een krachtige NAVO blijft de hoeksteen van onze collectieve verdediging', gaat het budget steil omhoog. Voor de komende periode, tot en met 2025, wordt in totaal €10,7 miljard extra uitgetrokken. De afgelopen vier jaar is de defensiebegroting al verhoogd tot €12,5 miljard voor 2022. Dat gaat nu in vier stappen met nog eens 500 miljoen in 2022, via 1,9 miljard naar 4,1 miljard en 4,2 miljard in 2025 extra omhoog.

 

Rutte III voldeed al ruimschoots aan de NAVO-eis om 20% van de begroting aan 'investeringen' te besteden. Voor 2022 is het zelfs 24%. Het gaat om bestellingen van wapensystemen. Het grote risico van deze al vier jaar geleden ingezette plannen is de beperkte absorptiecapaciteit. Kan het ministerie van Defensie met de huidige magere bezetting al deze projecten wel uitvoeren? Het antwoord is eenvoudigweg neen. Dat ligt niet alleen aan het gebrek aan aankopers (in de Dienst Materieel Organisatie), maar ook aan de altijd langer wordende duur van een bestelling.

 

Defensiematerieelbegrotingsfonds

 

De vorige regering, Rutte III, bedacht daarom een truc: het 'defensiematerieelbegrotingfonds'. Dat is een fonds dat niet onder normale begrotingsregels valt. De Comptabiliteitswet die verplicht om goed te begroten en niet meer te willen dan je kan besteden in één jaar, is met dit fonds op afstand geplaatst. Het begrote geld vervalt niet aan de algemene middelen van het ministerie van Financiën maar komt in het fonds terecht. De begrote middelen gaan dus niet verloren voor Defensie. Rutte 3 had in oktober 2020 al een megalomaan plan opgesteld om tot 2035, ('Defensievisie 2035'), 45 miljard extra te plannen. Dat plan wordt nu voor de komende periode van 4 jaar uitgevoerd. Het huidige plan zal gemiddeld €3 miljard extra begroten. Daarmee ligt de regering op koers voor 2035.

 

Een groot probleem van de Nederlandse defensieorganisatie is dat 'niemand' er wil werken. Jarenlang al zijn er 9000 vacatures. De oorlogen in Afghanistan, Irak en Mali waren niet populair. De aanmelding voor militairen ligt structureel te laag. Naast deze politieke overwegingen komt dat ook omdat de salarissen zeer laag zijn en de basisvoorzieningen (kazernering) slecht. Omdat vooral aan wapensystemen is gedacht, belooft Rutte 4 de arbeidsomstandigheden van het personeel, salaris en primair noodzakelijke middelen, te verbeteren. Of er nu toeloop van personeel komt?

 

Kernwapen

 

Volgend jaar, op 30 juni 2022, komen op vliegbasis Volkel de eerste vier toestellen van de F-35/ JSF aan. Volkel is de kernwapenbasis van de Amerikanen in Nederland. Dat blijft zo. In het regeerakkoord wordt lippendienst bewezen aan kernontwapening ("We dragen binnen de bondgenootschappelijke verplichtingen bij aan een kernwapenvrije wereld"). Geen woord in het regeerakkoord over de concrete plannen voor de ontplooiing van de B61-12-kernbom tegen 2024.

 

Militair hoofdkwartier

 

Naast de liefdesverklaring aan de NAVO is opvallend dat Nederland de Europese pijler van de NAVO wil versterken. Het gaat daarbij om het intensiveren van de samenwerking met buurlanden. De marine van België en Nederland zijn al vergaand op elkaar afgesteld, net als de bewaking van het luchtruim. De samenwerking met de Duitse landmacht wordt met name genoemd in het regeerakkoord. Na het echec van de oorlog in Afghanistan richt Nederland zich meer op de 'bescherming van de eigen regio'. Dat betekent kortweg een versterking van de Koude Oorlog tegen Rusland en versterking van Nederlandse troepenmacht in Litouwen.

 

Het Nederlandse pleidooi voor militarisering van de EU richt zich op ontwikkeling van het plan Borrell; de EU 'Battle Groups' tot 'Rapid Deployment Capacity'. Opvallend hierbij vanuit Nederlands perspectief is de wens tot versterking van het militair hoofdkwartier van de EU. Dat is een cruciale beslissing in de opbouw van een Europese militaire structuur.

 

Wederzijdse erkenning van vergunningen

 

In de eeuwige strijd om een strikt wapenexportbeleid, stelt de regering nu dat Nederland een actieve rol speelt in de Europese ontwikkeling van defensiecapaciteiten, en "sluit daarvoor aan bij de groeiende consensus over wederzijdse erkenning van vergunningen". Dat betekent een verzwakking van de controle op wapenexporten. Een Franse wapenvergunning (bijvoorbeeld voor Thales of Airbus, allebei in Nederland gevestigd) wordt dus leidend voor het Nederlandse ministerie van Buitenlandse Zaken dat een vergunning moet afgeven.

 

Geen meerderheid in de senaat

 

Rutte 4 heeft een krappe meerderheid in de Tweede Kamer, maar geen meerderheid in de Eerste Kamer, de senaat. Dat betekent dat onderhandeld moet worden met partijen in de Eerste Kamer. De vraag is of daarbij onbeschaamd een beroep op uiterst-rechts wordt gedaan of dat bij links wordt gewinkeld. Misschien is dit een parlementaire kans voor de vredesbeweging om een wig te drijven in de militarisering van Nederland door Mark Rutte.

 

Auteur: Guido van Leemput



Deze bijdrage is gelicenseerd onder een Creative Commons Naamsvermelding-NietCommercieel-GeenAfgeleideWerken 2.0 België licentie 

Bron: De Wereld Morgen